Verwarm in een pan de melk met de boter tot de boter gesmolten is. Laat het niet echt heet worden, lauw is beter.
Meng in een mengkom de bloem met de suiker, kardemom, zout en gist. Giet de warme melk erbij en kneed een goede 5 minuten. Als je een keukenmachine met deeghaak hebt, is dat hiervoor ideaal! Dek de kom af met een (vochtige) theedoek en laat 40 minuten rijzen.
Meng intussen de zachte boter (evt zet je die 20 seconden in de magnetron) met de suikers, kaneel en het zout.

Bebloem het aanrecht en sla het deeg even door. Rol het vervolgens uit tot een vierkante lap van ongeveer 5mm. Verdeel de vulling over het deeg en rol op. Snij de rol in plakken van iets van 2,5/3cm.

Leg de plakken plat op bakpapier op een bakplaat. Dek af met een schone, droge theedoek en laat nog 30 minuten rijzen.

Verwarm de oven voor op 230°C.
Bestrijk de plakken met het losgeklopte ei en strooi er het amandelschaafsel overheen. Bak in 8 min af.

Laat ze afkoelen onder een theedoek.
Je kan deze heel goed invriezen: laat ze in dat geval in plastic ontdooien om uitdroging te voorkomen.